top of page
Writer's picturepraktijkellymeyles

Het leven toelaten…

Updated: Dec 12, 2022


Als kind was een van mijn favoriete bezigheden: met een boekje in een hoekje en lezen maar. Het gaf me een eigen ruimte te midden van het geroezemoes van het gezin. Het boek wat mij als meisje van 10 - 12 Jaar enorm raakte was: “De negerhut van oom Tom”. Het verhaal van de slavernij in Amerika en de vlucht van Tom en Eliza naar het vrije noorden raakte me diep.

Zo ontzettend onrechtvaardig om mensen te misbruiken als werktuig voor eigen gewin en ze nog beestachtig te behandelen ook. Dat gevoel zette de toon toen ik nadacht over mijn toekomst en wat ik wilde doen in de wereld; "werken aan een betere wereld”.

Die strijdbare houding bracht me van alles: ik durfde mijn horizon te verbreden via studie en werk. En door te gaan wonen in onbekende gebieden. Ook stortte ik me in politieke activiteiten waar ik vanuit jeugdige overmoed mijn steentje bij kon dragen. Die houding gaf me ook veerkracht om bij tegenslagen in mijn leven weer verder te kunnen en mijn levenslust weer te hervinden. De leidraad was: “wat kan ik doen?” Zoals nu vaak gezegd wordt: 'denken in oplossingen'. Die energie en die wilskracht heeft mijn in mijn leven heel veel gebracht. Dat hoort bij me, is een groot deel van mijn identiteit. En toch...

Het hoofd buigen

De eerste keer dat ik ervoer dat het leven groter is dan wat ik wil of kan was de periode dat mijn vader in een verkeersongeluk om het leven kwam. Ik was twintiger en volop actief in het maatschappelijk leven en in de opbouw van mijn carrière. Ineens was daar deze blikseminslag: wat is het leven eigenlijk? Waarvoor? Waartoe? Is het leven er voor mij of ben ik er voor het leven? Mijn zoektocht naar de essentie van het leven begon toen.

Het leven brengt van alles: vreugdevolle perioden, geluk, succes en evenzeer verdriet, gemis, verlies. In mijn strijdbare houding ten opzichte van het leven zat ingebakken dat de vreugdevolle zaken “goed” zijn. En dat verdriet, gemis en verlies het liefst voorkomen moeten worden. Dat kan natuurlijk niet en de oplossing lijkt dan te zijn verdriet, gemis en verlies liever niet te voelen en er zo weinig mogelijk aandacht aan te besteden. Deze dualiteit zit al eeuwen ingebakken in onze samenleving. Er is voortdurend die scheidslijn over wat “goed “is en wat “niet goed “is. De grote religies en ideologieën hebben deze lijn altijd gepredikt en levend gehouden.

In het systemische werk , waar het leven en het lot van meerdere generaties aan de orde komt is er altijd een moment waarop iemand kijkt naar essentiële gebeurtenissen in de familie. Een groot verdriet, zich herhalende ziekten, armoede, oorlogservaringen, dode kinderen. We zien dan iemand staan, kijkend naar de betreffende gebeurtenis. Vaak wordt de stilte dan gevuld met een subtiele aandachtige sfeer die als het ware de persoon draagt. Op het moment dat hij of zij het hoofd kan buigen voor datgene uit de familie waar nu naar gekeken wordt, ontstaat er een merkbare verzachting in de atmosfeer. Zowel de tranen als de liefde gaan stromen; er ontstaat een vernieuwde ragfijne verbinding met alles wat er bij de familie hoort. Dit is het moment waarop iedereen die aanwezig is voelt dat alles wat het leven brengt wordt toegelaten en ook aanvaard.

Compassie

In boven beschreven situatie stijgt iemand als het ware boven zichzelf uit. Zo zeggen we dat in de spreektaal. Ik zou liever spreken over : iemand stijgt dan uit boven het “ik”. Het “ik” is meestal bang om verdriet en pijn aan te kijken. Het “ik” kan niet geloven dat het mogelijk is het leven met alles wat er is, inclusief verlies en dood, aan te nemen. Het “ik” wil controle . Het “ik” laat zich leiden door angst. Uitstijgen boven het “ik”, of beter gezegd: het “ik” loslaten en het hoofd buigen voor de totaliteit van het leven brengt ons een ervaring wat het beste omschreven kan worden als compassie.

Compassie is moeilijk te omschrijven. In het Boeddhisme zeggen ze het zo: “het mededogen wat het hart van iemand beroert wanneer hij /zij de pijn van een ander ziet”. Het beeld wat nu bij me opkomt is mijn grootmoeder, die negen kinderen opvoedde, rustig zittend in haar stoel, zwijgend, zachte blauwe ogen en een vriendelijke uitdrukking op haar gezicht. Ze was er, keek, gaf ruimte in haar zwijgen. In compassie is er verbinding van mens tot mens, is er erkenning voor alles wat er is.

Compassie voor onszelf

Compassie is ook de kracht waarmee we onszelf kunnen dragen als we bang worden, verdrietig zijn, het niet meer weten. Het is het mededogen in ons eigen hart voor onze kwetsbare kanten en bangelijkheid. In alle vriendelijkheid daarnaar kijken, ons ermee verbinden en er innerlijk voor buigen. Ook dan ontstaat er ineens een voedende stilte en een groter begrip over wie we zijn.

Voorbij de angst.

Elly Meyles

Den Haag, 15 september 2016

6 views0 comments

Recent Posts

See All

Comments


bottom of page